Ga naar de inhoud van deze pagina.
Begroting 2025 begroting 2025

Meerjarenbeeld 2026-2028

Meerjarig beeld 2026 - 2028

De uitkomst van de meerjarenraming geeft het volgende beeld (bedragen x € 1.000):


2026

2027

2028

Uitkomst meerjarenraming 2026-2028

 282

424

-180

De meerjarenraming 2025-2027 liet een negatieve meerjaren-uitkomst zien van -/- € 0,4 miljoen in 2027. In de actualisatie 2024 is hier een verslechtering in opgetreden onder andere door de effecten van de hogere CAO, de hogere kosten Onderwijshuisvesting, de hogere bijdrage energiekosten Sportiom, de hogere inzet evenementen en de hogere OVA index. Het geraamde tekort werd daardoor -/- € 1,2 miljoen in 2027. Dit tekort is bij de Voorjaarsnota niet verder toegenomen. Op onderdelen hebben we een extra impuls kunnen geven aan de realisatie van het bestuursakkoord en hebben we knelpunten in de uitvoering kunnen oplossen door hiervoor dekking oud-voor-nieuw aan te wijzen. Ten opzichte hiervan heeft zich in deze conceptbegroting 2025 voor 2027 een verbetering van ca. € 1,6 miljoen voorgedaan. Het tekort voor dat jaar wijzigt in een positief saldo van circa € 0,4 miljoen. Deze verbetering wordt met name veroorzaakt door de positieve ontwikkeling van het accres.

In 2028 is er sprake van een nadelige ontwikkeling van ca. € 0,6 miljoen t.o.v. het tekort van het positieve saldo van € 0,4 miljoen in 2027. Deze ontwikkeling wordt met name veroorzaakt door de voorziene kapitaallasten vanuit het investeringsplan en door areaaluitbreiding.

Hiermee blijft onze boodschap uit de voorjaarsnota overeind. Vanaf 2027 is het onzeker of afdoende financiële middelen van het Rijk beschikbaar komen. Ons college onderkent de noodzaak om hierop voorbereid te zijn. Daarom onderzoeken wij nog deze bestuursperiode, in afstemming met uw raad, de mogelijkheden om te komen tot wendbaar begroten. Niet alleen zijn we hiermee beter voorbereid als er op termijn de noodzaak is om te bezuinigen. Maar ook los van ombuigingen stelt dit ons als wendbare organisatie beter in staat om ook op langere termijn de middelen te richten op de opgaven die uw raad het meest belangrijk vindt. Bij de te nemen maatregelen betrekken wij uw raad vooraf, tijdig en actief. Bij deze begroting leggen wij u dan ook een discussienotitie hierover voor.

De belangrijkste ontwikkelingen in de periode 2026 tot en met 2028 zijn als volgt (bedragen x € 1 miljoen):

Lagere uitgaven/hogere inkomsten



Opbrengst OZB

1,1 V


Tijdelijke huisvesting scholen

1,1 V


JADS

0,7 V


Nieuw beleid 2024

0,1 V


Actualisatie 2024

0,5 V


Incidentele aanvulling algemene reserve saldo B2025

4,8 V


Overig

0,6 V




8,9 V

Hogere uitgaven/lagere inkomsten



Veiligheidsregio

0,3 N


Nieuw beleid bestuursakkoord (2023)

0,8 N


Exploitatie parkeren

0,1 N


Areaaluitbreiding

1,3 N


Kapitaallasten

2,1 N


Stelpost volume accres

4,4 N


Onderhoud Onderwijshuisvesting

0,1 N




9,1 N

Totaal


-/- 0,2 N

Nieuw Beleid VJN 2025

Om op onderdelen een extra impuls te kunnen geven aan de realisatie van het bestuursakkoord en om knelpunten in de uitvoering op te kunnen lossen is er dekking oud-voor-nieuw gevonden binnen de bestaande begroting. In de voorjaarsnota legden wij u daarom een pakket aan voorstellen nieuw beleid met dekking voor. Dit pakket is nu integraal opgenomen in deze begroting met een aanvulling. Het betreft de “Doorontwikkeling van de organisatie en toekomstbestendigheid van de sociale werkvoorziening”. Dit laatste vraagt een extra incidentele investering van € 500.000 in 2025 en € 400.000 in 2026 welke geheel ten laste van de reserve Werk- en Ontwikkelbedrijf gebracht kan worden.

Structureel evenwicht

Wanneer het meerjarensaldo wordt geschoond voor incidentele baten en lasten ontstaat het volgende beeld (bedragen x € 1.000):


2025

2026

2027

2028

Concept uitkomst meerjarenbegroting

0

282

424

-180

Saldo incidentele baten en lasten

-2.986

-1.199

0

0

Uitkomst begroting excl. saldo incidentele baten en lasten

2.986

1.481

424

-180

Zoals uit bovenstaand overzicht blijkt is de begroting structureel en reëel in evenwicht. Voor een overzicht van de incidentele baten en lasten verwijzen wij u naar de gelijknamige bijlage .